1 mei 1937 is de officieel erkende oprichtingsdatum van v.v. P.C.P. Er werd echter al vanaf 1934 gevoetbald als onderdeel van de toenmalige sportvereniging ‘EMBEE’, in het leven geroepen door de personeelsvereniging van Machinefabriek Breda. Naast voetballen kon je bij ‘EMBEE’ tafeltennissen, handballen en wandelen. ‘EMBEE’ stond voor “Een Mooi Bestaan Eist Eendracht”. Ditzelfde maar dan vertaald in het Latijns betekent: “Poscunt Concordiam Pulchra”. Op 18 april 1942 werd onder invloed van de Duitse bezetter de naam P.C.P. ingevoerd. Het eerste bestuur stond uit voorzitter Dielemans, secretaris M. Stallen en penningmeester J. te Kiefte. In het seizoen 1940-1941 werd het eerste kampioenschap behaald in de 4e klasse NVB (later KNVB) met een puntentotaal van 36 uit 20 wedstrijden en een doelsaldo van 108 gescoorde doelpunten, waarvan spits J. Dielemans er alleen al 74 scoorde. Op de eerste ledenvergadering van 25 april 1942 waren toen 22 leden aanwezig. Destijds bestonden er nog elftalcommissies en commissarissen. In het seizoen 1945/46, direct na de oorlog, kwam men met twee elftallen uit in de competitie. Men speelde toen samen met Advendo op één terrein, iets wat jaren heeft voortgeduurd. Op de jaarvergadering van 22 augustus 1945 werd de contributie vastgesteld op fl. 0,15 per week voor leden van de Machinefabriek Breda en fl. 0,20 voor de overige leden.
PCP 1 1941-1942
Op de bestuursvergadering van 26 augustus 1946 had men twee grote problemen nl. Er was niet genoeg geld om de door de vereniging ingekochte voetbalschoenen te betalen en er waren nog veel wanbetalers van de contributie. In het seizoen 1947-1948 kwam men met drie elftallen uit in de competitie. Aan het einde van dit seizoen degradeerde PCP naar de 4e klasse KNVB, mede door het feit dat de trainingen slecht werden bezocht. In juni 1949 doet Cees Pruissen zijn intrede als penningmeester. Op 13 juli 1949 werd besloten om een jeugdafdeling op te richten. Het ledenbestand groeide hierdoor tot 120 leden. Op de bestuursvergadering van 23 mei 1950 werd besloten de contributie op fl. 1,00 per maand te stellen. Met ingang van het seizoen 1950-1951 krijgt PCP een eigen veld naast het Advendo-terrein, waarvoor fl. 300,00 huur per jaar betaald werd. Het onderhoud moest zelf gedaan worden. Er werd een boer gevonden die voor fl. 80,00 per jaar het gras wilde maaien. In de competitie werd uitgekomen met 5 seniorenelftallen en 1 jeugdelftal. Het 2e en 4e werden kampioen. Op 4 oktober 1950 was er een dringende oproep om de trainingen niet meer in burgerkleding te volgen doch in sporttenue. Op de jaarvergadering van juli 1951 bleek dat er grote financiële zorgen waren.
PCP 1 1942-1943
In september 1952 werd er een sportdag georganiseerd samen mettakken van ‘EMBEE’. Er werd een vijfkamp gehouden, 100 m. hardlopen, kogelstoten, verspringen, hoogspringen en 1.000 m veldloop. J. van Dolewaard werd eerste en C. Jaspers tweede, beiden lid van PCP. Op 3 mei 1953 kreeg de aanvoerder van PCP1, J. Sillekens jr. het na de verloren wedstrijd tegen DHV aan de stok met de scheidsrechter. De scheids weigerde een hand te geven aan Sillekens. De scheids vond PCP een onsportief elftal. In 1954 werd het volgende bestuursbesluit genomen. Spelers die zonder afmelden wegblijven, krijgen de 1e keer 3 wedstrijden schorsing, de 2e keer een halfjaar en de 3e keer volgt royering als lid. Op 1 mei 1955 kreeg voorzitter Dujardin het aan de stok met de scheids. Een langdurige en uitgebreide briefwisseling in soms hoogdravende taal met de KNVB die de klacht van de scheids uiteindelijk seponeerde. Op de bestuursvergadering van 3 augustus 1955 werd het voorstel gedaan om niet meer in cafés (bij gebrek aan eigen ruimte) te vergaderen omdat sommige leden problemen kregen met hun echtgenotes. Op 14 mei 1956 werd een hele bestuursvergadering gewijd aan de degradatie van het 1e elftal en de mentaliteit van de oudere leden. De jeugd moest meer kansen gegeven worden. In die tijd had de directie van de machinefabriek toch nog steeds een grote vinger in de pap. Dit blijkt o.a. uit het feit dat er geen toestemming werd verleend om bij de winkeliers prijzen voor niets te krijgen ten bate van een te houden loterij ten gunste van een clublokaal op het terrein. In 1960 werd de begroting vastgesteld op totaal fl. 3.100,00.